review
Recensie: Onze Kresj
Conclusie
Onze Kresj is een kenschets van een absurde discrepantie tussen goede bedoelingen en praktisch inzicht, een tegelijkertijd hilarisch en schokkend tijdsbeeld en tevens een hoogstpersoonlijke zoektocht naar het verleden van filmmakers Marije en Gregor Meerman.In 1995 studeerde Marije Meerman (1967) af met de documentaire De Kresj, over het anti-autoritaire kinderdagverblijf Prins Constantijn, waar ze van haar tweede tot haar vijfde levensjaar verbleef. Voor latere documentaires trok ze de wijde wereld in, zoals in The Wall Street Code, over een algoritmebouwer die zich verzet tegen het strakke stramien van Wall Street, of I Wanna Be Boss, over Chinese scholieren die zich voorbereiden op de universiteit. Bijna twintig jaar na haar debuut keert ze terug naar Prins Constantijn, maar ditmaal zijn in plaats van de kinderen de begeleiders – waarvan haar overleden moeder er een was – aan het woord. Aan de hand van de talloze documenten – vergaderingsrapporten, fotonegatieven van vrijpartijen, onderlinge correspondentie – reconstrueert Meerman met haar broer, cameraman Gregor, de idealen, verhoudingen en spanningen binnen deze experimentele crèche. Het resultaat, Onze Kresj, draait volgende maand op het Nederlands Film Festival en is een absurd portret van onbezonnen ideologische naïviteit.
Het gezin is een isolerend en verstikkend instituut, de geschiedenis leert dat de ouderlijke autoriteit leidt tot het fascisme. Om de traditionele gezinsstructuren te doorbreken en kinderen op te voeden tot maatschappijkritische burgers dienen zij tussen een grote groep volwassenen en kinderen te worden grootgebracht. Met die ideologie werd in een Amsterdams kraakpand de antiautoritaire crèche Prins Constantijn (een zonderlinge naam voor een antiautoritair instituut) opgericht. Kinderen en begeleiders renden naakt rond, terwijl op de muur het credo “Leef en werk in de geest van Lenin” staat gekalkt – niemand weet wie dat ook alweer heeft neergeverfd, of durft het niet te zeggen. Als kinderen ruzie maken en ze worden uit elkaar gehaald, dan volgt direct een kringgesprek: kinderen uit elkaar halen is een autoritaire handeling, dat kan toch niet op een dergelijke progressieve crèche?
De documentaire doet bij vlagen denken aan Lars von Triers nepdocumentaire Idioterne uit 1998: mensen geven zich helemaal over aan een radicaal nieuwe levenswijze, maar in retrospectief kan op een enkeling na niemand precies zeggen waarom ze dit deden; alles lijkt zich te hebben afgespeeld in een waas. Hoe antiautoritair ook, toch lijkt er een impliciete hiërarchie aanwezig binnen het collectief. Zo zijn er de theoretici die alle geschriften van Adorno en Horkheimer hebben gelezen of het ruim veertigdelige verzameld werk van Karl Marx in de kast hebben staan, maar niet weten hoe ze een luier moeten verschonen. Verder maken we kennis met de twijfelaars, op het eerste gezicht behoudender krachten die zich echter mee laten slepen in de radicalisering, uit angst om voor burgertrut te worden uitgemaakt. Zoals altijd is er naast de harde kern een periferie, de milder gestemden die het vooral gezellig vinden om wat rond te hangen en wat met elkander aan te pappen, maar wel de handen weten te steken. Hoe progressief ook, uiteindelijk gaan de wereldverbeteraars ten onder aan persoonlijke twisten en vrije liefde, totdat zelfs de vaders van de kinderen betwist worden. In de woorden van de moeder van Marije en Gregor: “Ik heb zo veel problemen met mijzelf dat ik me niet meer kan bezighouden met politiek”.
Zoals enkele geïnterviewden stellen is de maatschappij vandaag de dag hypergevoelig geworden voor kinderwelzijn. Onze Kresj laat het andere uiterste zien: peuters worden vrijgelaten als volwassenen. In de aantekeningen van haar moeder wordt de tweeënhalfjarige Marije al een groot inzicht in maatschappelijke problematiek toegeschreven, dat verder moet worden aangewakkerd. Hygiëne en gezondheid van het kind echter lijken irrelevant: de driejarige koters spelen met hamers, boren en zelfs hun eigen uitwerpselen.
Ondanks de afrekening met de progressieve idealen van de jaren zestig en zeventig is Onze Kresj geen conservatief manifest dat pleit voor het gezin als hoeksteen van de samenleving. Naast de vele onthutsende gebeurtenissen die worden getoond of teruggehaald is er ook ruimte voor de positieve geluiden over de opvoeding, kritiek op de huidige houding tegenover het kind en, niet onbelangrijk, het verhaal van de familie Meerman. De documentaire is, net als in het dit jaar uitgekomen Afscheid van de Maan, een poging de geschiedenis opnieuw te bezien vanuit een persoonlijke invalshoek. Hulde aan het kleine verhaal!