nieuws
Pelle en de Dierenrovers

Conclusie
Posters van de eerste twee films van de hand van Sivertsen - ook allemaal animatiefilms - tonen een veel eigenzinnigere animatiemanier. Het is zonde dat hij hiervan is afgestapt om over te gaan op een flauw afkijksel van Pixar & Co. Hierdoor lijkt Pelle en de Dierenrovers een cynische en liefdeloze zoethouder voor de jongsten onder ons. Toegegeven, ik ben geen pedagoog, maar enige diversiteit aan stijlen lijkt mij de creativiteit van je lieverds toch meer ten goede komen dan een zoveelste - niet al te best uitgevoerde - variatie van hetzelfde.In Pelle en de Dierenrovers moet de vriendelijke politiewagen Pelle tegelijkertijd een baby-zeearend opvoeden en de moeder terugvinden. Helaas is het resultaat een matige imitatie van de Amerikaanse animatiestudio’s.
Kennen jullie Brum nog, het koddige autootje dat de meest uitzinnige avonturen meemaakte terwijl een groep pantomimespelers over elkaar heen buitelde terwijl een overdaad aan geluidseffecten klonk? Zijn Noorse neef heet Pelle Politibil, voor de Nederlandse koters vertaald naar Pelle de Politiewagen. Ooit begonnen in het midden van de jaren tachtig als figurant in een overheidscampagne om kinderen veilig over straat te laten gaan, groeide Pelle uit tot een bekend figuur in de Noorse kindercultuur. Theatershows, een televisieserie en talloze Pelle-parafernalia kwamen op de markt. Na een speelfilm uit 2002 volgde in 2009 de computeranimatiefilm Pelle en de Waterdieven van de hand van Rasmus A. Sivertsen, waarin de stijl duidelijk door huidige studio’s als Pixar en Dreamworks was geïnspireerd. Het nieuwe deel, Pelle en de Dierenrovers (Pelle Politibil på Sporet) volgt ditzelfde principe. Jammer, want waar is het eigen geluid?
Pelle (in de Nederlandstalige versie ingesproken door de Vlaamse acteur Ken Verdoodt) krijgt de opdracht van de politiecommisaris en zijn politievriend oom Richard om in een natuurpark het nest van een zeearend te beschermen. Het vertrouwen in het Noorse politieapparaat wordt al vrij snel om zeep geholpen: een mollige tante in paars sportpak en haar verlegen dochter Britta weten moeder arend zonder al te veel moeite te vangen met het plan haar vervolgens op te zetten en te verkopen. Pelle ontfermt zich, samen met ADHD-otter Dotty, over het arendkind, dat in de politieauto een moederfiguur vindt – ofschoon de politieauto overduidelijk een mannetje is. Dat levert natuurlijk de nodige problemen op, want Pelle kan zijn adoptiekindje – door Pelle Pluisje genoemd – nooit leren vliegen. Deze penibele situatie loopt nog verder uit de hand als ook Pluisje door de malafide taxidermiste gestolen.
Dat het plot niet al te veel om handen heeft is in dit geval geen kritiekpunt: de doelgroep begint vanaf vier jaar en de film lijkt zich ook alleen op kinderen in plaats van op kinderen én volwassenen te richten – ook al wordt er op een enkel moment wat gerotzooid in de bosjes door de politieagenten. Maar ook in de animatiestijl is weinig originaliteit te bespeuren: de associatie met Pixar, Blue Sky en Dreamworks ligt voor de hand, zij het minder strak uitgevoerd. De mensen lijken op de mensen uit Up, de otter lijkt afkomstig uit Ice Age. Het lijkt ook geen toeval dat Pelle, na het succes van Cars uit 2006, ook computergeanimeerd werd. Ook in dit deel lijkt studio Neofilm mee te willen liften op het succes van zijn Amerikaanse collegae. Zelfs de Pelle-serie uit de jaren negentig heeft met zijn armoedige productiewaarden en de naargeestige kraakstem van de hoofdrolspeler (zie het videofragment) nog meer eigenheid.