Doorgaan naar artikel
Klink
Joost Klein Middelink
Joost Klein Middelink
Gameredacteur / Bordspellenredactiemanager / Eventmanager
Profiel

Conclusie

Klink speelt vlot weg en het blijft spannend om op basis van die ene kaart een risico te nemen. Met doorgeven geef je immers misschien je tegenstander een voordeel, maar bewaren kan ook minpunten opleveren.

In het kaartspel Klink voor drie tot vijf spelers spaar je kaarten om een zo laag mogelijke score te behalen. Lukt het je om de laagste kaarten te pakken en ben je de tegenstanders te slim af of pak je toch die hoge kaarten zonder dat je het doorhebt? Lees hier in onze review hoe dit werkt.

Klink Foto: Joost Klein Middelink

Het doel van Klink is om zo min mogelijk punten te verdienen. Zodra een speler 77 punten scoort eindigt het spel en kijk je wie de minste punten heeft en daarmee de winnaar is. In het spel zitten kaarten met een getal erop, variërend van -4 tot en met +20. Een ronde eindigt zodra een speler tien kaarten voor zich heeft liggen.

Een ronde wordt gespeeld over een aantal beurten, hoeveel beurten hangt af van hoe de ronde verloopt. De startspeler pakt twee kaarten van de stapel, legt die voor zich neer en mag slechts één van de twee kaarten bekijken. Deze speler moet vervolgens beslissen om beide kaarten te behouden of door te geven aan een andere speler. Kaarten kunnen net zo lang doorgegeven worden tot de laatste deelnemer die nog geen kaart heeft gezien aan de beurt is. Die moet vervolgens beide kaarten aan zijn/haar rij toevoegen. Daarna is de volgende speler met de klok mee de startspeler en begint de ronde opnieuw.

Klink Foto: Joost Klein Middelink

Doordat je slechts één van de twee kaarten mag bekijken, is het doorgeven of nemen van kaarten altijd een risico. Je weet namelijk nooit wat voor waarde die andere kaart heeft. Toch kunnen kaarten met hoge punten nuttig zijn. Als je namelijk twee kaarten hebt met dezelfde waarde, mag je ze beide omdraaien en zijn ze allebei nul punten waard. Zodoende kun je een acht pakken, wat normaal ongunstig is, om die samen met een acht die je al hebt om te draaien.

Heb je na het eventueel omdraaien van kaarten een serie van drie opeenvolgende nummers, zoals drie – vier – vijf? Dan mag je een van de drie openliggende actiekaarten inzetten, waarmee je jezelf een gunstigere score kan geven of je tegenstanders juist dwarsliggen. Denk daarbij aan het direct eindigen van de ronde, een tegenstander forceren een omgedraaide kaart weer mee te laten tellen of voor jezelf een dure kaart om te draaien. Dit kan voor een leuke tactische element zorgen, maar jammer genoeg komt het niet vaak voor dat er actiekaarten gespeeld worden en is dit slechts een minimale toevoeging voor het spel. Dat is wel jammer want als een actiekaart gespeeld wordt, voelt dat oprecht als een invloed op het verloop van het spel.

Klink Foto: Joost Klein Middelink

Waar Klink wel wat onhandig mee is, is het bijhouden van de startspeler. Er is geen token om bij te houden wie de ronde was begonnen en omdat het spel draait om het doorgeven van de kaarten, vergeet je snel wie nu als eerste de twee kaarten moest pakken. Daarnaast zit er zo’n enorme dosis geluk in het spel, dat het pas in latere beurten mogelijk is om tactiek in te zetten.

Je moet goed bijhouden wie de beurt begint en het is zonde dat de actiekaarten niet wat vaker ingezet kunnen worden, maar verder is Klink een leuk en luchtig kansspel met een vleugje tactiek om andere spelers dwars te zitten of jezelf meer punten toe te kennen. Perfect om even tussen de grotere spellen door te spelen of om mee te nemen op reis.