review
Pendulum
Conclusie
Zandlopers in plaats van beurten in een serieus bordspel is een interessant concept, dat nét niet helemaal werkt in Pendulum. Het spel bevat alles dat het nodig heeft om fantastisch te zijn, maar had nog net iets meer verfijnd mogen worden.Wij hebben wel vaker stukjes geschreven over spellen van Stonemaier Games. Jamey Stegmaier en Elizabeth Hargrave hebben beiden uitstekende spellen gemaakt in onder andere Scythe en Wingspan. Maar toen Pendulum werd aangekondigd bleek dat het door iemand anders bedacht is: ene Travis Jones. Bovendien zou het beurten, een standaard concept van bordspellen, volledig uit het raam knikkeren. In plaats daarvan bepalen zandlopers hoeveel spelers kunnen doen in een ronde. Wij wisten niet meer wat we moesten denken van dit spel en jullie vast ook niet. Het is daarom hoog tijd voor een review.
Laten we allereerst beginnen met het meest voor de hand liggende: tijd. Dit is niet het eerste bordspel dat zandlopers of andere timers gebruikt in plaats van beurten. Verre van, zelfs! Maar in de meeste gevallen gaat het om coöperatieve spellen waarbij leuke stress zorgt voor hectische pret. Denk bijvoorbeeld aan Kitchen Rush of Escape!. Wat Jones doet met Pendulum is iets heel anders. In zijn aard is dit namelijk een serieuze worker placement-spel. Iedereen probeert zijn tegenstanders te slim af te zijn door zijn werkers verstandig en efficiënt te gebruiken. Alleen worden de voorzichtig uitgedachte beurten vervangen door handelingen die je uitvoert terwijl het zand langzaam wegglijdt.
Het spelregelboekje raadt spelers aan eerst een ronde te spelen zonder tijd. Daarvoor zijn speciale regels opgezet, zodat het zand in de zandlopers genegeerd kan worden. Ook wij raden aan dit eerst te doen. De aard van de zandlopers zorgt er namelijk voor dat het moeilijk is een vraag te stellen als het spel al aan de gang is. Een vraag stellen betekent het hele spel stopzetten. Normaal gesproken is dat geen probleem, maar door de tijd is dat in Pendulum niet het geval.
En er zullen vragen zijn. Pendulum is namelijk redelijk ingewikkeld, maar gelukkig niet nagelbijtend, haaruittrekkend en peentjeszwetend complex, waarbij spelers door de spelregelbomen het spellenbos niet meer zien. Het boek is best aardig geschreven en na een rondje zal het spel lopen als een kievit. Maar dat eerste rondje wil je wel écht even je tijd kunnen nemen. En tijd, dat heb je niet. Of in ieder geval, niet genoeg.
In Pendulum proberen spelers, zoals dat vaak gaat, punten te verdienen. Daarbij zijn er drie overwinningssporen. Je wil aan alle drie werken, want het spoor waar je het slechtst op staat bepaalt hoeveel punten je hebt. Veel militaire macht betekent dus weinig als je populariteit er slecht voor staat. En je economie is betekenisloos als je geen leger hebt. In het midden van een spoor staat een dikke streep. Als een speler niet alles over die streep heeft kan hij niet winnen.
Nu wordt ook duidelijk dat de verschillende facties niet enkel een ander plaatje hebben. Waar iemand begint op elk spoor wordt bepaald door je factiebord. Nog een verschil is je factiedeck. Iedereen heeft er twee, afhankelijk van of je voor een complex of simpeler spel wil gaan. Wij raden aan een of twee potjes met simpelere kaarten te spelen, maar Pendulum wordt wel echt leuker van de moeilijkere decks. Dan komen er pas echt verschillen in de facties.
Tijdens een ronde mogen spelers hun werkers plaatsen om acties uit te voeren. Daarbij is het eerste veld beter, dus als het mogelijk is wil je de eerste zijn die zijn werker daar plaatst. Maar let er wel op dat je speelstuk pas aan het werk gaat als de zandloper van dat veld verplaatst wordt. En dat gebeurt pas als het zand op is en er dan nog een speler bedenkt de zandloper om te draaien. Als niemand daaraan denkt (inclusief jezelf) zul je nooit je werker gebruiken. Er zijn drie kleuren zandlopers, elk met een andere hoeveelheid tijd. De zwarte heeft de ‘zwakste’ acties, maar kan wel driemaal leeglopen voor de ‘krachtigere’ paarse zandloper omgedraaid mag worden. Hierdoor zou iemand twee keer een zwarte actie uitgevoerd kunnen hebben voor hij ook maar begint met nadenken over paars. Maar daar staat wel tegenover dat hij waarschijnlijk niet de eerste, en betere, paarse actie uit kan voeren. Daar komt nog bovenop dat je werker vast komt te staan als het eindelijk de actie uitvoert, tot de zandloper opnieuw omgedraaid wordt. En kom je niet toe aan het gebruiken van de actie voor die tijd, dan heb je pech.
De acties komen meestal neer op: verover een gebied, vergaar grondstoffen, ververs je handkaarten of verdien punten. Ook kunnen veroverde landschappen geactiveerd worden. Op Wingspan-achtige wijze zijn gebieden kaarten die aangelegd worden op een spoor. Elk gebiedkaart heeft vier kanten. Wil je de bruine kant gebruiken, dan draai je het zo dat de bruine kant onderaan staat, en schuif je het onder je bruine kolom op je factiebord. Nu zul je, elke keer dat je bruin activeert, ook het effect van deze kaart als bonus krijgen.
Dit is het hart van het spel: spelers verbeteren hun factiebord door gebieden te veroveren, waardoor hun acties steeds beter worden. De vraag is wanneer je moet stoppen met bouwen, en moet beginnen met punten scoren. Als je jouw landgoed uitbouwt tot een geoliede machine, dan kan het goed zijn dat het spel voorbij is voor je er goed gebruik van kan maken. Maar begin je te vroeg met punten scoren, dan zijn jouw acties misschien niet krachtig genoeg om de rest bij te houden. Als gevolg moeten je constant moeilijke beslissingen maken en nadenken over je zet, terwijl ook dat nadenken kostbare tijd kost. Het zorgt voor interessante overwegingen die spelers gewend zijn van een goed bordspel, met de toegevoegde stress van tijd die genadeloos doortikt. Het is interessant en in een zekere zin uniek. Wel zal iedereen van tevoren alles in zijn persoonlijke deck helemaal moeten doorlezen. Tijdens het potje zal je daar namelijk niet meer aan toekomen.
Een belangrijk onderdeel hierbij zijn de handkaarten. Iedereen begint met zijn volledige deck op hand. Dit zijn, zeker met de beginnersdecks, simpele bonussen die je op elk moment mag activeren. Maar eenmaal gespeeld komt de kaart enkel nog terug op hand door een actie op het bord te activeren, of door ze met wat grondstoffen terug te kopen. Dit laatste zorgt eigenlijk voor een probleem. Als spelers een heel potje uitspelen zonder tijd zullen ze er gauw tegenaan lopen. Het is namelijk mogelijk een combo op te bouwen die best een tijdje door kan gaan. Daarmee verdien je aardig wat punten, zonder dat je acties hoeft te nemen.
En daarmee komen we aan bij het grootste minpunt. Een slimme speler kan al best snel een manier bedenken om alle sporen op het maximale te zetten. En zonder tijd zal dit makkelijk te behalen zijn. Tegenstanders kunnen je misschien een beetje vertragen, maar uiteindelijk lukt dit altijd. En de eerdergenoemde combo is daar vrijwel altijd een belangrijk onderdeel van. De enige reden dat dit met tijd niet altijd lukt, is omdat een kaart opleggen en de acties uitvoeren tijd kost. En als dit de enige reden is dat je niet de perfecte score behaalt, voelt het toch een beetje naar. Misschien dat de overwinningssporen geen maximum moesten hebben, zodat spelers zichzelf blijven pushen. Want als het maximum eenmaal bereikt is op alles, is er eigenlijk niets meer te doen. Nu speel je enkel nog om anderen te hinderen, zodat zij die perfecte score niet bereiken.
Pendulum is redelijk ingewikkeld en zal vooral spelers die wat meer ervaring hebben met bordspellen aanspreken. Het dwingt iedereen moeilijke beslissingen te maken, terwijl ze steeds op zoek zijn naar het juiste moment om te stoppen hun machine te verbeteren en te beginnen met punten scoren. Dan is er nog de tikkende tijd die voor aangename hectiek zorgt. Maar uiteindelijk is het net wat te gemakkelijk om de perfecte score te behalen. En als je die eenmaal hebt, valt er nog weinig te doen.